Dit schooljaar zijn wij gestart met de implementatie van effectief leesonderwijs, gekoppeld aan wereldoriëntatie. Dit doen wij in samenwerking met de Bibliotheek op School (dBos+). Binnen deze aanpak wordt het leesonderwijs op school ingericht op basis van het gedachtegoed van het boek ‘Rijke taal’ van Anneke Smits en Erna van Koeven (Hogeschool Windesheim). Anneke Smits en Erna van Koeven beschrijven in hun boek Rijke taal een visie op taal- en leesonderwijs die verder gaat dan traditionele taaldomeinen zoals lezen, schrijven en grammatica. In plaats daarvan leggen ze de nadruk op het creëren van rijke contexten, het kiezen van rijke teksten en het stimuleren van actief denken over taal en interessante onderwerpen. Deze benadering heeft als doel leerlingen een stevige taalbasis te bieden. Hun visie is gebaseerd op wetenschappelijke bronnen en richt zich op het bieden van duurzaam, betekenisvol taal- en leesonderwijs.
In alle klassen wordt dagelijks voorgelezen. Na het voorlezen stellen we kinderen verdiepingsvragen over het voorgelezen stuk. We maken hierin onderscheid tussen hoofd- en hartvragen. Hoofd- en hartvragen zijn krachtige vragen die je kunt stellen tijdens of na het voorlezen, om het denken en praten over verhalen te verdiepen.
Een hoofdvraag is een denk-vraag — die zet kinderen aan tot redeneren, vergelijken of verbanden leggen. Het zijn vaak open vragen zonder een eenduidig juist antwoord.
Voorbeelden:
- Waarom denk je dat het hoofdpersonage dat deed?
- Hoe zou het verhaal anders zijn gelopen als…?
- Wat is de belangrijkste boodschap van dit verhaal?
- Kun je een overeenkomst bedenken tussen dit verhaal en iets wat je zelf hebt meegemaakt?
Een hartvraag is een voel-vraag — die gaat over gevoelens, ervaringen en persoonlijke betrokkenheid. Deze vragen maken het verhaal betekenisvoller voor kinderen.
Voorbeelden:
- Hoe zou jij je voelen als jij in die situatie zat?
- Heb jij weleens iets soortgelijks meegemaakt?
- Met welk personage voel jij het meeste mee, en waarom?
- Wat vond jij het mooiste of verdrietigste moment in het verhaal?
Deze vragen helpen kinderen niet alleen bij taalontwikkeling, maar ook bij empathie en zelfreflectie.